Serviceprocessen
Informatief bijschrift:
- De medewerker voert zijn of haar naam en inlogcodes in.
- Het systeem toont een overzicht van alle coderingen, onder andere: klantnummer en uur code (de aard van werkzaamheden).
- De medewerker klikt de gewenste code aan. De medewerker kan alleen de klantnummers gebruiken waarvoor de medewerker geautoriseerd is. De medewerker geeft bij de uur code aan of het normale uren of overuren zijn. Daarna voert de refiller de daarop betrekking hebbende uren in op de betreffende dagen.
- Het systeem controleert of de medewerker zijn of haar uren heeft ingevoerd. Als de medewerker zijn of haar uren nog niet heeft ingevuld, wordt er een melding vanuit de urenapplicatie gegeven.
- Het systeem verstuurt automatisch een mail als herinnering.
- De medewerker voert alsnog zijn of haar uren in het systeem in.
- De invoer wordt opgeslagen en krijgt de status “geregistreerd”.